Intervisietraject op het Calvijn College: “We hoopten vooral heel gerichte feedback te krijgen”

Het Calvijn College in het Zeeuwse Krabbendijke klopte in 2019 bij Bureau ICE aan voor een training formatief handelen om de kennis en kunde van docenten op het gebied van formatief evalueren te vergroten. Hiermee wilde de school de ontwikkeling van leerlingen goed zichtbaar maken en het leerproces stimuleren. Om docenten nog gerichter te begeleiden konden zij de afgelopen maanden deelnemen aan een intervisietraject. Ik spreek Celina van Noorden, docent Nederlands en Florieneke den Hollander, docent geschiedenis, over de lesbezoeken van trainer Cindy Stienstra. En, over wat de intervisie-sessies hen opleveren.  

Waarom is jullie school begonnen met het intervisietraject? 

Celina: “Voordat wij hier begonnen, was onze school al gestart met meer formatief handelen en evalueren. Wij zijn beginnende docenten en hadden hier vanuit onze opleiding natuurlijk wel wat van meegekregen. Op een gegeven moment kregen we de mogelijkheid om ons in te schrijven voor een lesbezoek van Cindy, waar je dan ’s middags een nabespreking van had.” 

Florieneke: “Het doel was om voor iedereen helder te krijgen waar we staan en weer een stap verder te komen. We hoopten vooral heel gerichte feedback te krijgen. Over wat je nog kunt verbeteren in je les. Je kunt het er veel met elkaar over hebben, maar het is goed dat een professional met je meekijkt.”  

Celina: “De afgelopen twee jaar hebben we als team vooral gewerkt aan het thema feedback geven. Dat is dan ook een punt waar Cindy op lette als ze achter in je les zat. Vooraf kon je een specifieke leervraag indienen en dan keek zij gericht naar dat stukje. Ik had vooral in het begin veel vragen. Het was heel fijn om met haar te bespreken hoe je iets aan kunt pakken.”  

Florieneke: “Ik merkte dat er steeds meer mensen enthousiast werden. In het begin wacht je nog een beetje af wie er nou precies je school binnenstapt en wat ze eigenlijk komt doen. Maar toen Cindy bij een paar collega’s was geweest, hoorde je vrijwel alleen maar positieve verhalen. Dus bij de tweede ronde wilde ik ook, want het klonk zo leuk en helpend vooral.”   

Florieneke den Hollander – de Wolf

Florieneke den Hollander – de Wolf

 

Ik kan me voorstellen dat het in het begin spannend is, zo iemand achter in je les.

Celina: “Ja, in het begin was de gedachte ook wel, o, er komt iemand om me te beoordelen. Maar dat is totaal niet het geval. Wij zijn zelf nog niet zo lang van de opleiding af, dus we zijn wel gewend dat er wat collega’s meekijken. Je merkte dat sommige collega’s terughoudender waren. Zodra mensen beseften dat ze niet komt beoordelen en dat het meekijken echt helpt, was de meerderheid heel positief.” 

Wat hoopten jullie uit de intervisie-sessies te halen? 

Celina: “Ik zocht vooral naar tips. Hoe pak je dingen aan, hoe zou het anders kunnen? Een leervraag van mij was bijvoorbeeld wat voor soort feedback ik vooral geef. Dat geeft je zelf veel inzicht. Soms besprak je het alleen met Cindy na, maar vaak ook samen met collega’s. Op die manier kon je ook iets van elkaars leervraag opsteken.” 

Florieneke: “Ik had in het begin geen concrete leervraag. Ik wilde eerst weten of ik überhaupt feedback gaf. Ik geef nu voor het derde jaar les en vond het lastig om te zeggen wat ik nu zelf doe met feedback. Na zo’n sessie kon ik daar weer mee verder.” 

Merken jullie leerlingen dat jullie iets anders zijn gaan doen? 

Celina: “Nou er zijn wel specifieke werkvormen die ik nu regelmatig gebruik. Dat merken ze wel.” 

Florieneke: “Ik had een klas waar ik het lastig vond om orde te houden. Qua feedback geven, ben ik blijven doen wat ik al deed, maar ik ben vooral gaan kijken naar hoe ik voor die klas ging staan. Ik liep voorheen best onrustig heen en weer. Cindy gaf aan: “Ga nu eerst eens bewust stilstaan, probeer te aarden en toon die rust die je wilt laten zien.” Daar ben ik toen vooral mee aan de slag gegaan. Er waren wel leerlingen die zeiden: “Mevrouw, u doet anders dan vorig jaar.” En wat dat precies was, vinden ze moeilijk om te benoemen, maar ergens merken ze dus blijkbaar wel iets.”

 

“Ik vond het mooi om te zien dat collega’s zich kwetsbaar durven op te stellen.”

Celina van Noorden, docent Nederlands

 

Wat is je het meest bijgebleven van dit traject? 

Celina: “Wat ik prettig vond aan Cindy was dat ze ook benoemt wat goed gaat. Je bent zelf soms zo gefocust op wat er niet goed ging, dan is het fijn dat iemand tegen je zegt: “Dat deed je goed.” Ik vond het daarnaast mooi om te zien dat collega’s zich kwetsbaar durven op te stellen. Dat ze aangeven: “Ik loop hier tegenaan. Ik vind dit lastig.”  Het is heel fijn dat die openheid er is hier op school.” 

Florieneke: “Die openheid was er al, maar is door de bezoeken van Cindy echt nog verbeterd. Dat geldt ook voor leerlingen. Het is nu heel normaal als er iemand binnenloopt tijdens de les. Of dat nou Cindy is, of een teamleider die even meekijkt. Ze werken gewoon door. Dat is ook positief, dat je klas niet helemaal verstoord wordt door zo’n bezoek.”

 

Vraag een collega eens om achter in je les te komen zitten en te vertellen wat opvalt.”

Celina van Noorden, docent Nederlands

 

Hebben jullie nog een tip voor vakgenoten? 

Florieneke: “Ga het gewoon doen. Laat iemand toe tot je les.” 

Celina: “Ja, je kunt er alleen maar van leren. En vraag een collega eens om achter in je les te komen zitten en te vertellen wat opvalt. Het lijkt me daarbij leuk om juist iemand te vragen die een heel andere kijk heeft, iemand van een ander vak bijvoorbeeld. Daar kun je ook van leren.” 

Wat zijn voor jullie de volgende stappen? 

Florieneke: “Het feedback geven lukt vaak wel. Nu wil ik vooral meer ruimte bieden aan de leerlingen om ook iets met die feedback te kunnen doen. Binnen onze school zijn we bezig hoe je dat vormgeeft. Soms denk je dat iets veel tijd gaat kosten. Dan hoor je van een collega hoe die zo’n punt aanpakt en lijkt het best mee te vallen. Door dingen die je hoort van anderen eens uit te proberen kun je zien wat voor jou werkt.” 

Celina: “Ik wil wat meer verschillende werkvormen gebruiken. Ik heb het idee dat ik dat te weinig doe en ik wil graag de lessen wat aantrekkelijker maken. Ik geef vooral de wat praktischere niveaus les, waaronder basis-kader. Ik wil mijn lessen goed inrichten op de spanningsboog van deze leerlingen en het geven van feedback hierop aanpassen. En ook ik wil me meer richten op het laten landen van die feedback.” 

Florieneke: “Ik werk ook in havo/vwo-klassen. Die komen inmiddels ook zelf vragen om feedback. Dat is leuk om te merken.” 

JIJ!-trainingen

Ben je naar aanleiding van dit artikel geïnteresseerd in een training formatief evalueren? Bekijk ons aanbod.

Training Formatief Evalueren
Plaats een reactie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *