Interview met Debby Zuijderduijn TOA-trainingen ambassadeur bij mboRijnland
Sinds enkele jaren volgt iedere nieuwe taaldocent binnen het College Techniek & ICT van mboRijnland de training TOA Taalassessor. Voor de andere taaldocenten is er elk jaar een kalibreersessie of opfristraining. Onderwijskundig teamleider Debby Zuijderduijn, verantwoordelijk voor het inkopen van de trainingen, vertelt waarom.
“Directe aanleiding was de kwaliteitsslag die we wilden maken binnen de examinering en de wens om het trainingstraject professioneler aan te pakken. Voorheen hadden we onze eigen inhouse training, maar niet iedereen had die gevolgd. Alle taaldocenten Nederlands en Engels die de vorige training nog niet hadden gevolgd, kregen toen een TOA assessorentraining. En voor alle andere collega’s hebben we een opfristraining georganiseerd. Daar zijn we een paar jaar geleden mee begonnen en iedereen was er enthousiast over. Dus dat heeft een vervolg gekregen. Ieder jaar organiseren we nu trainingen voor alle generieke docenten van het College Techniek & ICT; assessorentrainingen voor de nieuwe docenten en een jaarlijkse kalibreer- of opfrissessie voor de rest. In totaal ongeveer dertig collega’s. Of ik de training zelf ook heb gevolgd? Jazeker, voor Nederlands. De basistraining en een kalibreersessie.”
Waar zijn jij en je collega’s zo enthousiast over?
“Door die jaarlijkse sessies raak je met elkaar in gesprek over zaken waar je tegenaan loopt. Het is fijn om daar eens in de zoveel tijd over te kunnen sparren. Iedereen doet natuurlijk zijn uiterste best bij het beoordelen van examens, maar men vindt het prettig om dat samen met collega’s tegen het licht te houden. Het mondeling examen bij anderstaligen leidt bijvoorbeeld wel eens tot discussie: hoe moet je dat beoordelen? Daar is een specifieke training voor, die we dit jaar voor het eerst hebben aangevraagd. Leren met elkaar wordt gewaardeerd; mensen vinden het echt leuk en zinvol.”
Waarom TOA?
“We kenden TOA al van onze instellingsexamens. Vandaar dat we bij Bureau ICE uitkwamen. Die bleken een groot aanbod te hebben, dat goed aansloot op de kwaliteitsslag die we wilden maken. Tijdens een kennismakingsgesprek hebben we aangegeven waar we tegenaan liepen bij het beoordelen en daarop kwamen ze met een goed plan. Inhoudelijk sterk en praktisch ingestoken.”
“Het helpt dat de trainingen zijn afgestemd op onze behoefte. Wie doen er mee, hoeveel ervaring hebben ze al met beoordelen? Waarmee willen mensen aan de slag en op welk niveau?”
Wat bedoel je met praktisch ingestoken?
“Tijdens de training doe je als docent veel zelf. Je bent flink aan het werk. De praktische oefeningen zetten je aan het denken over de keuzes die je maakt. Het helpt ook dat de trainingen zijn afgestemd op onze behoefte. Wie doen er mee, hoeveel ervaring hebben ze al met beoordelen? Waarmee willen mensen aan de slag en op welk niveau? Daarover hebben we ieder schooljaar vooraf contact met de trainers. We werken bijvoorbeeld ook met elkaar aan een afsprakenboek voor de instelling. Daarbij krijg je dan ook begeleiding en sturing vanuit de trainingen.”
Wat vinden jullie van de kwaliteit van de trainingen?
“Docenten krijgen echt goede feedback op hun manier van beoordelen. Binnen een groep heb je daarin altijd nuanceverschillen en soms hebben collega’s bepaalde stokpaardjes. Het is goed om daar met elkaar over te sparren. En als daar dan discussie over ontstaat, krijg je van een expert te horen hoe je er vanuit het oogpunt van examinering naar kunt kijken en waarom. Door die neutrale inbreng van experts en hun deskundige onderbouwing krijg je als groep houvast.”
“We willen dat iedereen die betrokken is bij de examinering gecertificeerd is. Dat is ook een signaal naar studenten toe: wij nemen examinering serieus.”
Speelt certificering ook nog een rol voor jullie?
“Ja, we willen dat iedereen die betrokken is bij de examinering gecertificeerd is. Dat is ook een signaal naar studenten toe: wij nemen examinering serieus. Want examineren is een serieuze zaak. Er hangt nogal wat vanaf.”
De verbetering van jullie examenproces was de belangrijkste aanleiding om met TOA-trainingen te beginnen, vertelde je. Is het gelukt om die kwaliteitsslag te maken?
“Ja. Elk jaar maken we achteraf een analyse van de beoordelingen. Om te zien in hoeverre die uiteenlopen, want de ene docent beoordeelt nu eenmaal strenger dan de andere. Het mooie is: sinds we zijn gestart met deze manier van trainen, komt het steeds dichter bij elkaar. Het wordt consistenter en dat heeft echt te maken met een stukje kennis.”
Tot slot, heb je nog een tip voor andere mbo-scholen die met trainingen willen gaan beginnen?
“Zet ze jaarlijks op de agenda om de betrokkenheid van collega’s levend te houden. Het zijn zinvolle en leuke trainingen die de kwaliteit van het examineren ten goede komen.”
TOA-magazine
Dit interview is onderdeel van het TOA-magazine, speciaal uitgebracht voor ons 15-jarig jubileum. Het magazine bevat een mix van interviews met docenten, achtergrondartikelen, puzzels en meer. Vraag het TOA-magazine gratis aan.