Hoe Zadkine onze eerste NRE-examens heeft ervaren

Hoe Zadkine onze eerste NRE-examens heeft ervaren - Mariska van Daele

Afgelopen maand zijn de eerste NRE-examens afgenomen. Een spannend moment voor studenten en onderwijsinstellingen. Zo ook voor onderwijsinstelling Zadkine, zij deden een pilot met TOA NRE-examens. Hoog tijd dus om rekendocent Mariska van Daele te vragen hoe ze deze examenperiode heeft ervaren. Wat vinden zij en haar studenten van onze examens?

Je hebt in januari de eerste NRE-examens van TOA afgenomen. Hoe ging het en hoe heb je dit ervaren?

“Het ging goed. Ik ben erg enthousiast over de examens, om meerdere redenen. In de eerste plaats is het eenvoudig om ze klaar te zetten voor de studenten. Het is ook fijn dat ons examenbureau dat zelf kan doen.. Bij andere examens heb je daar vaak iemand voor nodig. Verder zijn de examens prettig voor de studenten. Dat begint al bij het inloggen. Studenten krijgen van ons direct een strookje met hun inlogcode en kunnen dan zonder ingewikkelde procedures inloggen. Dat is bij andere examens vaak niet het geval.”

Wat vind je van de inhoud van de examens? En van de opgaven en items die hier onderdeel van zijn?

“Ik vind het duidelijke opgaven. De vraagstelling is helder. Verder vind ik de vragen goed op niveau. Wat je bijvoorbeeld bij niveau 2 of 4 verwacht, zit ook echt in de examens. Zowel ik als andere docenten waren best wel een beetje bezorgd over te moeilijke opgaven. Laat staan de studenten. Maar bij de examens van TOA is dit absoluut niet het geval. Dat geeft vertrouwen. Wat ik verder goed vind, is dat de examens aansluiten bij de belevingswereld van de student. Het unieke van de TOA NRE-examens is dat de opgaven herkenbaar zijn voor alle studenten en niet alleen voor de jongste leeftijdscategorie. Er worden goede generieke voorbeelden gebruikt. In tegenstelling tot deze examens, heb ik ook NRE-examens gezien die bijvoorbeeld een studentenkamer in een opgave verwerken (voor het berekenen van afmetingen). Zeker niet alle studenten hebben een studentenkamer en daarom vind ik dat eigenlijk niet een geschikt voorbeeld.”

Mariska gaat verder: “Mensen vergeten nog wel eens dat BBL-studenten rond de 50% van de examenkandidaten zijn op dit moment. Waar wel alle studenten zich in herkennen is met het OV reizen of een keer iets in het huis verbouwen; dat zijn goed toepasbare situaties. En dat vinden studenten ook leuk. Ik heb er zelfs een paar gehad die zeiden: ‘Is dit rekenen?!’ Bijvoorbeeld bij opgaven met een recept. Dit is voor hen heel herkenbaar en voelt logisch aan. Zo logisch, dat het zware gevoel van rekenen dat sommigen ervaren, even weg is.”

 

“Het is heel fijn dat je als beoordelaar de beoordeling van antwoorden beargumenteerd kan overrulen. Anders worden studenten soms onterecht benadeeld.”

Mariska van Daele, rekendocent bij Zadkine

 

Wat vinden de studenten verder van de examens?

“Ook de studenten vinden de examens goed en duidelijk. Ik heb eigenlijk niet van studenten gehoord dat ze rare vragen tegen zijn gekomen. Bij andere examens was dit wel het geval. En er heerst ook een vorm van opluchting. Veel studenten hadden de vragen moeilijker verwacht en keken behoorlijk tegen de examens op. Maar nu ze het examen gemaakt hebben denken de meesten: ‘Dit is iets wat ik kan’. Dat vind ik als docent fijn om te horen.”

Studenten maken tijdens onze examens gebruik van het digitale kladblok. Werkt dat goed?

“Ja, voor studenten is het erg handig. Het voelt voor hen ook heel intuïtief aan. Als ze bijvoorbeeld een rekensom typen en vervolgens het ‘=’-teken, dan krijgen ze meteen de uitkomst en hoeven ze niet die som ook nog eens op hun rekenmachine in te tikken. Bij andere examens moeten studenten het eerst in hun rekenmachine invoeren en daarna op hun kladblok. Dat voelt dubbelop en kost veel extra tijd.”

Bij TOA kun je vanaf volgend schooljaar als onderwijsinstelling zelf bepalen wanneer je de examens afneemt. Wat vind je hiervan?

“Dat is heel fijn. Wij hebben bij Zadkine veel momenten in het jaar waarop studenten examens willen doen, in het bijzonder de BBL-studenten. Als je dan moet wachten op één periode waarin examens afgenomen moeten worden, kan dat vervelend uitpakken. Door als onderwijsinstelling zelf te kiezen ontstaat er meer flexibiliteit. Dan zijn de examens ook veel makkelijker in te roosteren. Sterker nog: ik heb een aantal BBL-studenten die een paar weken niet kunnen werken, omdat ze moeten wachten tot de volgende examenperiode voor het behalen van hun diploma. In die zin kan het dus ook echt gevolgen hebben.”

 

“Het unieke van de TOA NRE-examens is dat de opgaven aansluiten bij de belevingswereld van alle studenten en niet alleen bij de jongste leeftijdscategorie.”

Mariska van Daele, rekendocent bij Zadkine

 

Dan het beoordelen van de examens. Bij TOA kun je dat als onderwijsinstelling zelf doen? Wat vind je hiervan?

 “Ik ben daar een voorstander van. Om meerdere redenen. In de eerste plaats puur praktisch gezien is het fijn als je als docent weet wanneer je de examens terug kunt verwachten. Als een andere instelling het beoordelen op zich neemt, weet je nooit precies hoe lang dit gaat duren. Daarnaast ben je als onderwijsinstelling, als je zelf de examens beoordeelt, echt verzekerd van de kwaliteit van het nakijken, omdat je weet wie er nakijken. Natuurlijk kun je ervan uitgaan dat andere beoordelaars capabel zijn, maar toch is die zekerheid prettig. Verder heb je op deze wijze meer regie over het proces en wanneer dat plaatsvindt, omdat dit niet extern bepaald wordt.”

Hoe ging het beoordelen van de examens?

“Dat ging goed. De opgaven en antwoorden waren duidelijk, dus ik kwam hier niet echt moeilijkheden tegen. Natuurlijk ben je wel wat meer tijd kwijt als je zelf examens beoordeelt, maar dit heeft ook duidelijk meerwaarde. Als ik terugkijk op de nakijkperiode ben ik tevreden over hoe het proces is verlopen.”

Wat vind je van de verhouding tussen automatisch nagekeken vragen en opgaven die zelf nagekeken moeten worden?

“Die vind ik prima. Bij niveau 2 hadden voor mij zelfs nog wel wat meer handmatig na te kijken vragen mogen zitten.”

Een van de kenmerken van onze examens is dat er zowel voor goede eindantwoorden als tussenantwoorden punten worden toegekend. Hoe kijk jij hier tegenaan?

“Dat vind ik erg goed. En dat is voor ons ook één van de punten die pleiten voor de NRE-examens van TOA. Ik vind het belangrijk dat studenten die goed kunnen rekenen en het antwoord meteen in hun hoofd hebben, niet worden afgestraft als ze de volledige uitwerking van de berekening missen. Dat geldt helemaal voor mijn BBL-studenten. Veel van hen zijn al wat ouder, zeg rond de veertig/vijftig. Zij kunnen al aardig rekenen en zien snel het goede antwoord. Het is fijn dat zij het volledige aantal punten krijgen, ook als er iets ontbreekt in hun uitwerking.”

Verder kunnen beoordelaars antwoorden beargumenteerd overrulen. Heb je hier gebruik van gemaakt?

“Zeker. Dat vind ik ook erg fijn aan de examens van TOA. In de eerste plaats omdat het digitale nakijksysteem soms niet alles ziet en hierdoor antwoorden van studenten onterecht fout kunnen worden gerekend. Een van mijn studenten had bijvoorbeeld per ongeluk een accentteken ingetypt voor het antwoord. Het digitale nakijksysteem rekent het antwoord dan fout, ook als verder alles correct is. Wat ook geregeld voorkomt is dat studenten ‘euro’ schrijven achter het antwoord, ondanks een duidelijk instructiefilmpje. Meestal staat er al een euroteken voor het invulveld en dus rekent het digitale nakijksysteem het antwoord vervolgens onterecht fout.”

Mariska vervolgt: “Het is heel fijn dat je als docent in die gevallen het antwoord kan overrulen. Want anders is de student hier uiteindelijk de dupe van. Het komt ook voor dat er bij de uitwerking van een opgaven iets mis gaat, dat niet volledig toe te reken is aan de student. Bijvoorbeeld als er een verkeerde prijs uit een tabel wordt afgelezen, maar vervolgens met die verkeerde prijs wel alle rekenstappen goed worden uitgevoerd. Het digitale nakijksysteem kent hier dan minder punten toe dan redelijk is. Dat geldt ook voor een alternatieve manier van berekenen. Bij veel opgaven kun je op verschillende manieren tot een goed antwoord komen. Het digitale nakijksysteem is hier niet altijd op ingesteld. Als je bijvoorbeeld 80% ergens van moet nemen, kun je ook keer 0,8 doen in plaats van gedeeld door 100 en dan keer 80. De eerste manier van berekenen rekent het systeem niet goed. Ik ben blij dat ik als docent die antwoorden kan overrulen.”

 

“We waren best bezorgd over te moeilijke opgaven. Laat staan de studenten. Maar bij de examens van TOA is dit absoluut niet het geval. Dat geeft vertrouwen.”

Mariska van Daele, rekendocent bij Zadkine

 

Bij TOA proberen we onderwijsinstellingen zo goed mogelijk te ondersteunen. Heb je het gevoel dat je bij ons terechtkunt als er vragen zijn rondom de examens?

“Absoluut. Er wordt altijd goed geluisterd. Dat betekent natuurlijk niet dat alle punten die wij aandragen worden doorgevoerd. Dan zijn er redenen voor jullie om iets anders te doen en dat is helemaal prima. Maar we voelen ons als onderwijsinstelling altijd serieus genomen en er is aandacht voor de feedback die we inbrengen. Als die feedback terecht is, wordt er vaak ook snel iets mee gedaan.”

Er zijn veel zorgen rondom het nieuwe rekenen? Hoe leeft dat bij jou nu je de eerste TOA-examens hebt afgenomen bij je studenten?

“Van tevoren had ik inderdaad ook wel behoorlijk wat zorgen. In het verleden haalde veel studenten een erg laag cijfer voor rekenen. Natuurlijk heeft daar ook meegespeeld dat het cijfer niet meetelde voor het diploma. Maar toch was ik op basis daarvan bang dat meer dan de helft van de studenten geen voldoende voor de NRE-examens zou halen. Nu ik de examens beoordeeld heb, is mijn vertrouwen behoorlijk gestegen. Ik denk dat meer dan de helft van de studenten het examen gehaald heeft, al moeten we de cijfers nog even afwachten.”

Mariska gaat verder: “Ik merk dat de studenten zelf ook meer vertrouwen hebben gekregen. Ze hebben nu zelf ervaren wat hun te wachten staat en gezien dat ze dit aankunnen als ze goed hun best doen. Helemaal omdat de opgaven goed aansluiten bij hun belevingswereld en de dagelijkse praktijk, voelt alles een stuk logischer en daardoor lichter aan. Dat helpt echt! En wat hier ook aan bijdraagt, is het gebruiksgemak van de TOA NRE-examens. Studenten kunnen zich daardoor meer focussen op de inhoud en verliezen geen tijd aan ingewikkelde handelingen.”

Tot slot nog de volgende vraag: hoe kijk je aan tegen domeinexamens? Volgend schooljaar biedt TOA die aan. Zijn jullie van plan die af te nemen?

“Daar ben ik een groot voorstander van. Ik merk dat er gewoon veel studenten zijn die rekenen erg moeilijk vinden. Als ze dan één examen krijgen over alle vijf domeinen, is dit vaak te overweldigend voor ze. Als ze in plaats daarvan vijf losse examens kunnen doen, die uiteindelijk bij elkaar één cijfer opleveren, is dit voor hen veel werkbaarder. Zo kunnen ze door het jaar heen ook meer gericht focussen en de stof beter tot zich nemen. Dit geldt zeker voor BOL-studenten die vaak twee jaar of langer bezig zijn met rekenen. Die zijn aan het einde van de rit veel van wat ze in het begin geleerd hebben alweer vergeten. Het is voor hun dan een enorme uitdaging om in één examen alles goed te doen. Ik zou onze onderwijsinstelling dan ook adviseren om voor deze specifieke groep studenten te kiezen voor domeinexamens.”


Ben je benieuwd wat TOA voor jouw onderwijsinstelling kan betekenen?

Maak dan een afspraak met een van onze TOA-adviseurs. Zij beantwoorden jouw vragen en gaan graag met je in gesprek.

Ronald

Mechelina

 

 

 

 

Natuurlijk kun je ook contact opnemen met onze klantenservice via toa@bureau-ice.nl of 088 – 556 98 00.

 

 

Plaats een reactie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *