Videobellen, spraakberichten en klaarboekjes
In mei mochten leerlingen van de ISK (Internationale Schakelklas) van het Pius X College in Bladel weer naar school. We vroegen docent Manon van Zummeren over haar ervaring met lesgeven in de Coronaperiode en hoe het is nu ze haar leerlingen weer op school kan zien.
“Het was super fijn om de leerlingen weer te zien! Het is echt heel anders. Je miste het gewone contact. Dat mis ik nu trouwens nog steeds. Ik ben erg van een keer een schouderklopje geven of een high five. Dat kan nu natuurlijk ook nog niet. Dat blijf je missen. Ik geef les aan een analfabetengroep, mijn mentorgroep en ik geef Nederlands A2-B1 en rekenen. Het grote verschil met lesgeven op afstand is dat je echt beter kan zien hoe het nou gaat met die leerlingen. En je kunt ze meteen helpen met vragen. Als ik een leerling opbel zal hij misschien wel aangeven wat er mis is, maar het is een hele grote stap voor ze om zélf de docent te gaan bellen om hulp te vragen. In de klas is dat gemakkelijker te realiseren. En, bij de lagere niveaus gebruik je veel gebaren om je uitleg te ondersteunen. Dat werkt ook niet zo goed via een scherm. De meeste leerlingen hadden gelukkig wel een broertje, zusje of ander familielid om ze te helpen, of soms vroeg ik een andere leerling om even te bellen om te checken of de ander het had begrepen.”
Roeien met de riemen die je hebt
“Onze leerlingen hebben thuis geen boeken. Wij hebben lessen uit boeken overgenomen en in LessonUp gezet. Leerlingen die geen device hadden, konden een iPad van school lenen. Je moet roeien met de riemen die je hebt. Dat ging echt goed. Leerlingen moesten videobellen waarbij ze vragen konden stellen via Teams. Dat waren dan geen instructielessen, maar alleen even kort doornemen, snappen jullie dit, hebben jullie vragen? In het begin moest ik nog wel veel achter leerlingen aanbellen, maar op een gegeven moment hebben ze echt wel alles keurig gemaakt. Daar was ik eigenlijk best tevreden over.”
Pure leerlingen
“De kinderen uit mijn mentorgroepje zijn zulke pure leerlingen, die zijn net in Nederland. Die willen ook heel graag. Maar in een andere groep zaten ook wel leerlingen die dachten: “Het zal wel.” Die heb ik net zo lang gebeld, en ook hun ouders of begeleiders, tot je ze te pakken krijgt. We vragen ook wel heel wat van ze in deze tijd. Ze hebben die extra stimulans wel even nodig. In het begin zat ik er dicht op en daarna kon ik het wat losser laten. Ik ga voor ze door het vuur, zelfs om 12 uur ’s nachts als het nodig is, maar als ze niet voor mij werken, werk ik niet voor hen. Dat weten ze en dat werkt.”
Breder beeld van een leerling
“Ik vond het wel leuk om te zien hoe het bij leerlingen thuis gaat. De een zit ’s morgens al fris en fruitig klaar en de ander moet ik echt uit zijn bed bellen. Dat geeft je wel een beter beeld van een leerling, niet positief of negatief. Sommige leerlingen hebben het wel zwaar gehad hoor. Sommigen dachten dat ze nog geen minuut naar buiten mochten. Ouders vertelden ze dat ze constant binnen moesten blijven. Dan is het toch wel zwaar, zeker op die leeftijd. Die ouders begrijpen ook niet altijd wat er precies gaande is en hoe de regels werken.”
Klaarboekje
“Mijn lessen bouwde ik op in een bepaalde volgorde en ik gaf feedback op de opdrachten. Ik heb 2 klassen die ik tegelijk moet bedienen. Als ze dan even op mij moeten wachten, kunnen ze zelfstandig werken in een ‘klaarboekje’. Het is een boekje waar ik alle onderdelen, zoals persoonsvorm en werkwoordsvormen, in heb verzameld. Ik kan er wel een klassikale les van maken, maar iedereen vindt iets anders moeilijk. Met dit boekje kunnen ze zelf kiezen waar ze verder aan werken en ze kunnen thuis vooruit werken. Het is ook bedoeld om ze klaar te stomen voor de Taalverzorgingstoets. Die vinden ze vaak moeilijk, maar ze moeten hem wel halen om door te stromen naar het regulier onderwijs.
Wie wil jij een knuffel geven?
“Bij sommige opdrachten was ik echt verrast met wat je terugkrijgt. Ik had bijvoorbeeld een spreekopdracht gegeven. Ze moesten een spraakbericht opsturen met daarin 3 argumenten waarom ze een bepaald iemand een knuffel wilden geven. Dan krijg je schitterende verhalen. “Ik wil zo graag mijn opa een knuffel geven, want die heb ik al 10 jaar niet gezien. Hij woont in Syrië.” Dat is zo mooi.”
Toetsing
“Rond de meivakantie zouden we de Alfatoetsen A, B en C eigenlijk afnemen, maar nu doen we ze in juni. En we toetsen ook Lezen, Schrijven, Luisteren, Rekenen, Woordenschat ISK en Taalverzorging als ze op A2 niveau zitten of daar tegenaan zitten. Er mogen maar 4 of 5 leerlingen in 1 klas zitten bij de afname, dus we moeten wat meer surveillanten regelen. Bij een methodetoets, dan geloof ik het wel, maar met een toets waar doorstroom van afhangt, wil je wel zorgvuldig omgaan.”
Anders denken over onderwijs
“Het was flink aanpoten de afgelopen tijd, maar we hebben ons echt wel gered. Ik moet zeggen dat ik het ook wel als iets moois en efficiënts heb gezien. Dat je anders over je manier van onderwijs gaat nadenken. Je leert snel te schakelen en de leerlingen ook. Er was een docent die zei: “Ja, maar dat is veel te moeilijk voor mijn leerlingen.” En dan zei ik: “Maar mijn analfabetencursisten hebben het ook gedaan!” Het is ook wel mooi dat je ziet dat het lang niet altijd met cognitie van iemand te maken heeft, maar ook met de motivatie en de drive die een leerling heeft. Dat wil ik echt meenemen uit deze periode. Waar ik eerst wel eens dacht: “Ik weet niet of ze het kunnen”, denk ik nu: “Ik ga het gewoon proberen!”
Het team van JIJ! wenst Manon en haar leerlingen veel succes en plezier in de klas de komende periode!
Ook aan de slag met toetsing op een ISK-school?
Werk je zelf op een ISK-school en ben je op zoek naar manieren om te toetsen in verband met de voorbereiding op de doorstroom naar het regulier onderwijs? Bekijk de mogelijkheden op de Toetsing voor ISK-pagina.