Dr. Jacquelien Bulterman (Het lerarentekort): “Samen de ruimte voor vakmanschap afdwingen”
In haar veelgelezen (en veelgeprezen) boek ‘Het lerarentekort’ pleit Dr. Jacquelien Bulterman voor een herwaardering van het vakmanschap van leraren. Ook bij kennisontwikkeling in het onderwijs zou dat vakmanschap centraal moeten staan. Wij zijn benieuwd hoe ze vanuit die gedachte tegen het onderwerp toetsing aankijkt.
‘Meetinstrumenten kunnen praktische wijsheid aanvullen, maar het blijven hulpmiddelen met hun eigen beperkingen’, schrijf je in ‘Het lerarentekort’. Geldt dat ook voor het instrument toetsing?
“Dat denk ik wel. In het voortgezet onderwijs hebben we naast het centraal schriftelijk examen ook het schoolexamen, omdat we ons realiseren dat we niet alle belangrijke aspecten via gestandaardiseerde toetsing kunnen meten. Of nee, meten is in dit geval niet het goede woord. Vaststellen. Neem literatuuronderwijs. Dat is belangrijk voor de vorming van leerlingen, maar een gestandaardiseerde toets daarvoor maken is lastig. Hetzelfde geldt voor het beoordelen van opstellen, bij creatief schrijven. Het is handig om met een gemeenschappelijk beoordelingskader te werken, maar zo’n kader reikt alleen een paar ijkpunten aan. Het is een hulpmiddel dat alleen tot zijn recht komt als leraren zich vanuit hun ervaring met leerlingen een beeld hebben gevormd van wat leerlingen kunnen. Er wordt nu heel erg gekeken of het schoolexamen wel tot dezelfde resultaten leidt als het centraal schriftelijk. Dat is geforceerd als het schoolexamen andere dingen meet. Om de betekenis van de vakken weer de ruimte te geven, moet je leraren de ruimte geven om vanuit hun vakmanschap te oordelen.”
“Ik pleit voor ‘connoisseurship’. Vergelijk het met de experts in het tv-programma ‘Tussen Kunst en Kitsch’. Dat zijn mensen die zoveel weten over een bepaalde periode, dat ze van een voorwerp precies kunnen uitleggen wat het is en zomaar kunnen zeggen hoeveel het waard is. Op dezelfde manier kan een goede leraar Nederlands beoordelen of een tekst mooi geschreven is. Je ziet in het onderwijs de tendens om dat ‘connoisseurship’, de praktijkkennis die alle leraren hebben of zouden moeten ontwikkelen, als subjectief te beschouwen. En alleen wat objectief meetbaar is, heeft status. Maar leraren zien honderden leerlingen. Honderden teksten van leerlingen. Ik pleit ervoor om die kennis een status te geven. Meestal kunnen leraren het best eens worden over wat een goed geschreven tekst is. Als er verschil van mening is, wordt dat onderdeel van de professionele dialoog.”
Op welke manier kunnen scholen het ‘connoisseurship’ van leraren een grotere rol geven?
“Bijvoorbeeld door leraren een cursus ‘beoordelen’ te geven in plaats van een cursus ‘toetsen’. Door leraren met elkaar om tafel te laten gaan. Samen een aantal opstellen beoordelen. Wat vinden we hier goed aan en waarom? Zoals je naar het werk van leerlingen kunt kijken vanuit vakmanschap, kun je ook naar lessen kijken. Lesson study is ook een manier om kennis te ontwikkelen over onderwijzen. We kunnen een voorbeeld nemen aan hoe ze dat in Japan doen. Daar krijgen en nemen leraren de tijd om samen lessen voor te bereiden en te evalueren. In die gesprekken gaat het over samen kijken, naar de les én naar het werk van leerlingen, en vanuit het werk van de leerlingen weer naar de vraag wat de leerlingen in de les nodig hebben om verder te komen. Het is jammer dat er bij ons zo weinig tijd is voor samenwerking tussen leraren. Nu heeft iedere leraar individueel een enorme stapel nakijkwerk, waar nauwelijks doorheen te komen is. Dan dreigt de vraag op de achtergrond te komen of leraren iets van het nakijkwerk kunnen leren om hun lessen te verbeteren. Leraren hebben te weinig tijd om hun werk goed te doen.”
“Leraren zien honderden leerlingen. Ik pleit ervoor om die kennis een status te geven.”
Dr. Jacqelien Bulterman
“Wat ik in mijn boek laat zien, is dat het lerarentekort een symptoom is van het feit dat we vakmanschap onderaan in de hiërarchie hebben geplaatst. Een van de manieren waarop we dat hebben gedaan, is door een afrekencultuur te creëren. Het onderwijs wordt aangestuurd door instanties die het vak van leraar niet beoefenen. Zo ontstaan voortdurend misverstanden. Als we de essentie van het beroep weer de ruimte geven, krijgt het vak weer betekenis. De complexiteit van hun werk krijgt dan erkenning; praktische wijsheid wordt serieus genomen. We begrijpen dan dat het beroep van leraar ontwikkeld moet worden door leraren zelf in plaats van door buitenstaanders die hun vak niet beoefenen.”
Is er tot slot nog een boodschap die je aan docenten wilt meegeven?
“De ruimte voor vakmanschap kun je op basis van het professioneel statuut samen afdwingen. Met de nadruk op samen, want vakmanschap is niet ‘ik doe wat ik wil’, maar altijd iets van het team. Die ruimte voor het team moet je opeisen. Lukt dat niet bij je bestuur, dan in Den Haag.”
Toets! special
Heb jij de Toets! Special ‘Samen meer zien’ nog niet in je (digitale) mailbox zitten? Vraag dan nu gratis deze editie aan en ontvang direct de digitale versie. Liever per post, dat kan ook!