Kim werkt op basisschool De Aanloop in Bergen op Zoom. Dit is haar vierde jaar als leerkracht van groep 3, en sinds 2 jaar werkt ze met het IEP Leerlingvolgsysteem. Misschien heb je Kim wel ontmoet op onze stand op de NOT-beurs. Daar sprak ze met oriënterende scholen én IEP-scholen over het werken met IEP. Wij gingen ook met Kim in gesprek. In dit artikel lees je alles over haar ervaringen met het IEP LVS!
Waarom hebben jullie voor het IEP LVS gekozen?
‘Het leerlingvolgsysteem dat we toen gebruikten was verouderd en sloot niet meer goed aan bij onze onderwijsdoelen. Zo’n vijf jaar geleden zijn we begonnen met de IEP Eindtoets en we vonden het stukje “op weg naar 1F of 2F/1S” heel mooi. Die aandacht voor groei vinden we ook fijn aan het IEP LVS. Het is voor ouders heel duidelijk en geeft een doorgaande leerlijn met het middelbaar onderwijs. Zo past IEP denk ik heel goed bij onze visie.’
Kun je daar wat meer over vertellen?
‘We zijn een OGO- school (ontwikkelingsgericht onderwijs). Met OGO werk je onderzoekend en ontwikkelingsgericht met de kinderen, naast de basisvakken. In die zin past IEP goed, omdat je daarmee ook echt bezig bent met de ontwikkeling van kinderen. Je ziet de leergroei van kinderen, en niet meer een A- of E-score. Voor sommige kinderen is dat namelijk niet fijn, heel demotiverend. Bij IEP zie ik in mijn groep 3 of een leerling de doelen voor midden groep 3 heeft behaald, of anders op weg is daarnaartoe. In een enkel geval heb je geen resultaat maar dat is dan ook niet zichtbaar op de Talentenkaart. Dus het is veel gebruiksvriendelijker en liever naar kinderen toe.’
Hoe reageren ouders op de Talentenkaart?
‘Sommige ouders, vooral van kinderen vanaf groep 4, moesten wennen aan het idee van een andere score. Dat lichten we dan toe in het oudergesprek. Maar er zijn ook ouders die het meteen prettig vinden dat ze kunnen zien of hun kind op weg is naar 1F of 2F/1S. Dan zeggen ze: “Oh, ik zie geen D of E score, wat een verademing!” En het is leuk om de hart- en handenresultaten te bespreken: zo ziet jouw zoon of dochter zichzelf. Soms komt het helemaal overeen met wat wij zien, en soms is het totaal anders. Dan is het interessant om te kijken waar dat vandaan komt.’
Hoe was de overstap naar het IEP LVS?
‘Wel even wennen. Vooral de computervaardigheden; ik kan me voorstellen dat het voor sommige leerkrachten lastig is om daar handigheid in te krijgen. Je moet er even een systeem in vinden voor jezelf, maar dan is het heel fijn werken.’
Hoe ziet dat er voor jou uit in groep 3?
‘We hebben ervoor gekozen om in november de hart- en handeninstrumenten af te nemen. Die pak ik wel helemaal klassikaal. De kinderen hebben een laptop en ik bespreek op het bord de vraag, waarna ze de ruimte hebben om voor zichzelf een antwoord te kiezen. In januari nemen we de hoofdtoetsen af. Spelling doen de kinderen op papier, omdat ik dan ook kan zien hoe ze schrijven. Rekenen en technisch lezen gaat klassikaal achter de computer. Het fijne is dat de resultaten door IEP ook meteen geanalyseerd worden. Dat werkt echt goed. De kinderen vinden het ook leuk. Voor de vakantie vroegen ze nog: juf, wanneer gaan we weer dat achter de computer doen?’
Wat vind je als leerkracht prettig aan IEP?
‘Ik vind het een verademing dat het papierwerk weg is. Ik hoef niet meer met de hand na te kijken, en de computer analyseert het meteen. Zelfs met spelling, de enige toets die ik handmatig invoer, gaat het snel omdat ik de antwoorden alleen maar hoef aan te klikken. Het is véél minder werk. De Talentenkaart vind ik ook heel prettig: je kunt wat persoonlijks op de voorkant zetten en verder rollen alle analyses er zo uit. Het is visueel ook mooi. IEP is in het geheel gewoon wat hipper, past meer bij de tijd.’
Heb je een advies voor scholen die zich nog oriënteren?
‘Probeer het gewoon. Ga in gesprek met scholen die het al hebben of vraag bijvoorbeeld een proefperiode aan. IEP werkt veel prettiger en kindvriendelijker, maar het is ook echt een verlichting van de werkdruk. Ik hoop dat mensen dat gaan inzien.’
