Column: Vitaliteit in het mbo

”Dit weekend heb ik mijn gamerecord verbroken, mevrouw, 18 uur!”
”Mag ik wat eerder naar huis? Ik heb honger en geen geld.”
”Ik móet echt even roken, anders kan ik mijn examen niet maken.”
”Ik heb het hele weekend in bed liggen Netflixen.”
“Ik zie het leven gewoon écht niet meer zitten.”
”Ik heb red bull nodig anders overleef ik deze dag niet.”
”Gaan we in de pauze naar de Mac of de KFC?”
”Weet jij nog hoe je thuis bent gekomen zaterdag?”
”Die wiet van vrijdag was echt veel te sterk.”
”Ik heb maar tien uur schermtijd dat is super weinig, hoor. Mijn vriendin heeft 14 uur die is écht social media verslaafd.”
”Maar, mevrouw, de pil helpt toch ook tegen soa’s?”

Gameverslaving, ongezonde eetpatronen, roken, depressies, onvoldoende beweging, fear of missing out, drugs, alcohol en geslachtsziektes: zomaar wat gezondheidsproblemen op een rijtje. ”We gaan het deze periode over gezond leven hebben, jongens. Dat kan ik wel gebruiken”, schreeuwt Rico en hij gaat op zijn stoel staan terwijl hij zijn vetrolletjes masseert. De hele klas begint te lachen. Voor het coronatijdperk was hij al een tikkeltje te zwaar, maar na een jaar thuis zitten is er minimaal tien kilo bij gekomen.

”Gaan we ook over seks praten?” vraagt Sarah met knalrode oren. ”Mevrouw, wij weten álles al,” zegt ze. Dat betwijfel ik ten zeerste. Het jaar ervoor moest ik haar zusje nog geruststellen dat je écht niet zwanger kon raken van het doorslikken van sperma. Ondanks dat je zou denken dat ze alles kunnen opzoeken op het internet, sta je soms versteld van de onwetendheid. En misschien is júist dat internet ook de reden dat het goed is dat iemand hen eens vertelt dat niet alle vagina’s zo perfect zijn als in de pornofilms, dat borsten niet rechtop blijven staan en dat een penis echt niet drie uur lang in een erectie kan blijven.

Het aantal soa’s en ongeplande zwangerschappen is in deze doelgroep het allerhoogst. Om nog maar te zwijgen over het feit dat de helft van deze jongeren wel eens spijt heeft gehad na een seksuele handeling. Eén op de zes mbo-studenten rookt. Het aantal studenten dat meer dan tien glazen alcohol per week drinkt en frequent drugs gebruikt is significant hoger in het mbo dan op het vo, wo of hbo. En ook de gemiddelde BMI is in deze groep uitzonderlijk hoog.

Ik weet dan ook niet wat ik hoor als mijn collega’s aangeven dit thema over te slaan. Want léuk dat ze het vinden! ”Ik wil een presentatie over anorexia geven, want mijn zusje heeft dat.” ”Ik over suikerconsumptie, want sinds ik gestopt ben met suiker eten ben ik twintig kilo afgevallen.” ”En ik over blowen, want ik ben zó blij dat ik daarvan af ben dat ik graag tips wil geven aan iedereen.”

In de avond wandel ik een rondje om het meer met mijn vriendin. In de verte zie ik een groep jongeren aan komen wandelen. Ik herken Rashid en Zakaria. ”Mevrouw Weening! Kijk eens! We zijn aan het wandelen! Bent u trots op ons?!” Apetrots!


Over de auteur:

Yaël Weening is docent Burgerschap en studieloopbaanbegeleider op mboRijnland.

Wil je de volgende column van Yaël Weening niet missen? Meld je dan aan voor de TOA-nieuwsbrief voor het mbo.

Plaats een reactie

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *